AANDACHT
Blote wortel plantgoed is leverbaar van half november tot eind maart,
het ideale plantseizoen voor succesvolle aanplant.
)?unique=b8f9830)
)?unique=b8f9830)
Malus domestica 'Stropneuzen' - Apple
Brugse herfstappel: middelgrote, geelrode vruchten met friszoete smaak; oogst eind september, gezond erfgoedras.
| Pollination: not self-fertile (pollinators in description) |
| Light: sun to partial shade |
| Syntropy: 60% - 80% light (high) |
| Soil pH: lightly acidic, neutral |
| Soil humidity: semi-moist |
| At least hardy till: -15°C |
| Harvest: end of September, early October |
| Can be stored until: November |
| Use: table (fresh) |
Oorsprong en achtergrond
‘Stropneuzen’ is een oud appelras, vermoedelijk ontstaan of geselecteerd in de omgeving van Brugge (West-Vlaanderen). De naam verwijst speels naar het bekende Brugse bijnamenspel — de stropneuzen — waarmee Bruggelingen zichzelf soms met milde zelfspot aanduiden. Het ras werd in oude hoogstamboomgaarden van de regio teruggevonden en herontdekt als een authentiek Vlaams erfgoedras, typerend voor de rijke fruittraditie van West-Vlaanderen.
Zoals veel streekrassen werd ‘Stropneuzen’ bewaard dankzij lokale liefhebbers en de werking van erfgoedboomgaarden die oude variëteiten in stand houden.
Vruchten
De vruchten zijn middelgroot tot groot, vrij breed en iets afgeplat van vorm, met een groengele basiskleur die bij rijpheid vaak warm geel wordt. Aan de zonzijde vertonen ze een diepode blos of vlekken, wat de appel een levendig uitzicht geeft, een beetje zoals een blozende neus, wat wellicht bijdroeg aan de ludieke naam.
De schil is glad en stevig, het vruchtvlees crèmegeel, vast en sappig, met een friszoete smaak waarin een lichte kruidigheid en subtiel aroma te herkennen zijn. Het is een appel met karakter, zonder uitgesproken zuurheid, maar met een volle, evenwichtige smaak.
Rijping
‘Stropneuzen’ is een herfstappel. De pluk gebeurt doorgaans vanaf eind september tot begin oktober, en de vruchten zijn goed bewaarbaar tot november onder koele, droge omstandigheden. Appels afkomstig van hoogstambomen bewaren langer. De smaak ontwikkelt zich nog na de oogst: aanvankelijk fris en knapperig, later zachter en aromatischer.
Culinair
‘Stropneuzen’ is in de eerste plaats een tafelappel, bedoeld om vers te eten. Het stevige, sappige vruchtvlees en de levendige friszoete smaak maken hem bijzonder aangenaam uit de hand, vooral kort na de oogst wanneer de beet nog stevig is. Na enkele weken bewaring wordt hij iets zachter en aromatischer, met een milde, evenwichtige smaak.
Hoewel hij ook in lichte bereidingen zoals fruitsalades of koude desserts gebruikt kan worden, komt zijn karakter het best tot zijn recht als frisse, sappige eetappel, een echte dorstlesser van eigen bodem.
Boomverzorging en onderhoud
De boom groeit krachtig en vormt een vrij grote, open kroon met een goede vertakking — uitstekend geschikt voor hoogstamteelt of ruime halfstamvormen. Hij vraagt een zonnige standplaats en vruchtbare, goed doorlatende grond.
Het ras toont zich gezond en redelijk resistent tegen schurft en meeldauw, al verdient een luchtige kroonstructuur altijd de voorkeur om schimmelziekten te voorkomen. In biodiverse boomgaarden doet ‘Stropneuzen’ het bijzonder goed, met een regelmatige, vrij rijke bloei die veel bijen aantrekt.
Bestuiving
‘Stropneuzen’ is niet zelfbestuivend. Hij vraagt dus kruisbestuiving met rassen uit dezelfde bloeiperiode. Geschikte bestuivers zijn onder meer ‘James Grieve’, ‘Cox’s Orange Pippin’, ‘Transparente de Croncels’ of ‘Elstar’.