AANDACHT
Blote wortel plantgoed is leverbaar van half november tot eind maart,
het ideale plantseizoen voor succesvolle aanplant.
Malus domestica 'Keuleman' - Appel
Malus domestica 'Gueule de Mouton'
Oude Vlaamse winterappel: langwerpig-conische vrucht met geelrode schil, stevig en kruidig-zuur; pluk eind oktober, eetrijp november–april, sterk en bewaarbaar ras.
Bestuiving: zelfbestuivend, beter met kruisbestuiving |
Licht: zon tot halfschaduw |
Syntropie: 60% - 80% licht (high) |
Bodem pH: licht zuur, neutraal |
Vochtigheid: fris |
Winterhard tot zeker: -15°C |
Pluk: eind oktober |
Bewaart tot: april |
Gebruik: dessert (vers), keuken (verwerkt), sap |
Oorsprong en achtergrond
‘Keuleman’, ook bekend als ‘Gueule de Mouton’, is een zeer oud appelras van vermoedelijk Vlaamse of Noord-Franse oorsprong, al beschreven in de 18e eeuw.
De naam verwijst naar de karakteristieke langgerekte, smal toelopende vorm van de vrucht, die doet denken aan de snuit van een schaap. In Vlaanderen stond hij bekend als ‘Keuleman’, een dialectische verbastering van die Franse benaming.
Het ras werd traditioneel aangeplant in hoogstamboomgaarden in West- en Oost-Vlaanderen, en gold als een robuuste, productieve bewaarappel die zich goed leende voor wintergebruik en verwerking.
Vruchten
De vruchten zijn middelgroot tot groot, langwerpig-conisch en vaak licht asymmetrisch. De schil is groen tot geelgroen, later geel met een oranje tot roodbruine blos aan de zonzijde. Soms vertoont de schil lichte roestvlekken.
Het vruchtvlees is wit tot geelachtig, stevig en vrij droog van structuur, met een fijn, kruidig aroma en een zachtzuur karakter dat tijdens bewaring milder wordt. In goede jaren bereikt hij een evenwichtige, haast honingachtige smaak met lichte kruidigheid.
Rijping
‘Keuleman’ is een laat herfst- tot vroege winterappel. De plukperiode ligt rond eind september tot begin oktober, maar de vruchten zijn pas eetrijp vanaf november en kunnen, mits koel bewaard, worden gegeten tot in maart of april.
Tijdens bewaring neemt de stevigheid iets af en wordt het vruchtvlees zachter en zoeter — ideaal voor wie houdt van klassieke winterappels.
Culinair
‘Keuleman’ is een veelzijdige appel die zowel vers als voor verwerking gebruikt kan worden.
Vers gegeten heeft hij een frisse, lichtzure beet met karakter. In de keuken is hij uitmuntend geschikt voor appeltaart, moes, gedroogde appelschijfjes en ciderbereiding. De stevige structuur maakt hem geliefd bij bakkers en traditionele stroopfabrikanten.
Zijn lage sapopbrengst maar rijke smaak levert een geconcentreerd, aromatisch moes.
Boomverzorging en onderhoud
De boom groeit krachtig en rechtopgaand, met een stevige, brede kroon en lange, soms hangende vruchttakken. Hij vraagt ruimte en komt het best tot zijn recht als hoog- of halfstamboom.
‘Keuleman’ gedijt goed op vruchtbare, goed doorlatende gronden, liefst met voldoende vocht. De bloei is uitbundig.
Het ras is redelijk gezond en sterk, met matige gevoeligheid voor schurft en weinig problemen met meeldauw. Door zijn robuuste aard past hij goed in agro-ecologische boomgaarden met weinig onderhoud.
Bestuiving
‘Keuleman’ is niet zelfbestuivend en vraagt kruisbestuiving. Goede bestuivers zijn onder meer: ‘Sterappel’ (Reinette Etoilée), ‘Jacques Lebel’, ’Colapuis’, ‘Boskoop’ (Schone van Boskoop), ‘Transparente de Croncels’ en ‘Reinette de France’.
Omgekeerd kan ‘Keuleman’ zelf ook een nuttige bestuiver zijn voor andere middenbloeiende rassen.