AANDACHT
Blote wortel plantgoed is leverbaar van half november tot eind maart,
het ideale plantseizoen voor succesvolle aanplant.
Corylus avellana - Hazelaar
Inheemse struik met vroege katjes en voedzame noten. Biedt dekking, nestplekken en biomassa; geliefd in voedselbos en traditionele hakhoutheggen.
Maat: 40 / 60 cm - Blote wortel |
Licht: zon tot halfschaduw, halfschaduw |
Syntropie: 60% - 80% licht (high), 40% - 60% licht (medium) |
Bodem pH: licht zuur, neutraal, licht alkalisch |
Vochtigheid: fris, vochtig |
1. Introductie
De hazelaar is een van de meest vertrouwde inheemse struiken van ons landschap: aanwezig in bosranden, houtkanten en oude hagen. Eeuwenlang leverde hij noten, hout en vlechtmateriaal voor het boerenland. Het is een soort die dicht bij de mens staat: voedzaam, veelzijdig en tegelijk een echte ecologische spil. In onze voedselbosnestjes zetten we hazelaar vaak centraal als productieve struik, die tegelijk dekking, biodiversiteit en biomassa brengt.
2. Kenmerken en seizoensbeeld
- Voorjaar: al vanaf januari/februari bloeit hij met lange, goudgele mannelijke katjes en onopvallende vrouwelijke bloempjes met rode stempeltjes. Een van de eerste stuifmeelbronnen van het jaar.
- Zomer: ronde, donkergroene bladeren met dubbele zaagrand en zachte beharing. De struik groeit breed uit en kan enkele meters hoog worden.
- Herfst: noten rijpen in bundeltjes, half verborgen in een franjeachtig omhulsel. Blad verkleurt naar geel en bruin.
-
Winter: meerstammige struikvorm blijft duidelijk herkenbaar; oude stammen krijgen een grillige, grijzige schors.
Groeit meestal als struik van 3–6 m, soms als kleine boom.
3. Ecologische functie en biodiversiteitswaarde
- Stuifmeel: katjes zijn vroeg voedsel voor bijen.
- Noten: rijk aan vetten en eiwitten, geliefd bij eekhoorns, muizen, gaaien én mensen.
- Habitat: dichte struiken zijn nestplek voor vogels en schuilplaats voor klein wild.
-
Pioniersrol: koloniseert open plekken snel en bereidt de bodem voor op bosvorming.
In onze aanplantingen merken we dat hazelaars vaak fungeren als “structuurbouwer”: ze vullen ruimte, bieden dekking en geven tegelijk oogst.
4. Toepassing in ontwerp en systeem
- Voedselbos: klassieker, dankzij zijn noten en structuurwaarde.
- Bosrand en struweel: vult de middelste laag; combineert goed met sleedoorn (Prunus spinosa), meidoorn (Crataegus monogyna) en veldesdoorn (Acer campestre).
- Hagen en houtkanten: geschikt in bredere, losse hagen.
- Nestplanting: een betrouwbare begeleider van traag groeiende soorten, dankzij zijn snelle dekking en brede habitus.
5. Gebruik, eetbaarheid of medicinale waarde
- Noten: eetbaar, voedzaam en al sinds de prehistorie een belangrijk voedsel. Worden vers gegeten, geroosterd of verwerkt in olie en gebak.
- Hout: taai en buigzaam, gebruikt voor staken, manden, vlechtwerk en houtsnijwerk.
- Medicinale toepassing: bladeren en bast werden in de volksgeneeskunde gebruikt bij doorbloeding en spijsvertering.
6. Beheer & standplaats
- Standplaats: houdt van lichte, voedzame bodems; verdraagt zowel zon als halfschaduw. Groeit op zand, leem en lichte klei.
-
Beheer:
- Goed geschikt voor hakhoutbeheer: kan om de 7–15 jaar worden afgezet en loopt krachtig opnieuw uit.
- Voor notenoogst: beter vrij uitgroeien laten tot brede struik.
-
Syntropisch beheer:
- Reageert goed op snoei; levert veel bruikbaar hout en blad voor mulch.
- Kan cyclisch teruggezet worden, waardoor hij lang vitaal blijft.
- Zijn bladstrooisel draagt bij aan de opbouw van een schimmeldominante bosbodem.
De hazelaar is daarmee een soort die voedsel, materiaal en ecologische rijkdom verenigt. Hij verbindt mens en natuur, en verdient bijna vanzelfsprekend een plaats in elke bosrand en elk voedselbos.